New York, New York

29 november 2010
De laatste weken leef ik in een roes. Eigenlijk is die roes nooit weggegaan, maar nu is het duidelijker dan ooit. Ik leef tussen droom en werkelijkheid. Het duizelt om me heen, het gonst en het galmt. De tekst palliatieve chemotherapie, de woorden 'je bent ongeneeslijk ziek, begrijp je dat' en als klapper op de vuurpijl 'als je 't positief benadert, nog twee jaar ...' komen herhaaldelijk op mijn netvlies of galmen door mijn hoofd. Ondertussen gaat mijn hart als een razende tekeer en draaien mijn hersenen overuren. Ik word nooit meer beter en de tijd die ik heb is beperkt. Natuurlijk kunnen er wonderen bestaan. Maar ik geloofde vroeger al niet in sprookjes, dus waarom zou ik dat nu wel doen. Dit is realiteit. Ik kan alleen maar hopen dat de komende chemokuur aanslaat en dat mij wat meer tijd wordt gegund. Onvermijdelijk is dan ook de vraag wat ik nog minimaal in mijn leven gedaan wil hebben opdat zowel ik als Lukas kunnen zeggen dat we er in ieder geval het maximale hebben uitgehaald. Ik heb mijn bucketlist dus maar tevoorschijn gehaald: Onze reis naar de VS, New York, een space-cake maken, een joint roken, een fotoshoot, trouwen, tractor rijden, bridgen met bejaarden, misschien nog naar Argentiniƫ .... Dat zijn dan nog de leuke dingen. Maar ook de lijst met must do's komt tevoorschijn. Wat wil ik per se geregeld hebben? Begrafenis of crematie, voorbereidingen op als ik niet meer wil, dozen uitzoeken en voorzien van briefjes wat er mee kan gebeuren, adressenlijst op orde, administratie helder geordend ... Niet leuk om me daar mee bezig te houden, maar ook dat is realiteit.

Nog nauwelijks van het nieuws bekomen, word ik gebeld door Sjoerd met de vraag of Lukas en ik zin hebben om samen met hem en Christie naar New York te gaan. New York?! Eh, ja natuurlijk!! Wanneer? Nou, aankomend weekend... En zo zat ik enkele dagen later nog een beetje beduusd van de actie in het vliegtuig naar New York... De vliegreis alleen al was een ervaring: compleet met uitnodiging van de piloot om in de cockpit te komen kijken en een fles champagne namens KLM om op te drinken op Times Square! Dat beloofde veel goeds! New York heeft ons ook niet teleurgesteld. Wat een geweldige stad. The city that never sleeps! Met het door neon reclames verlichte Times Square. Central Park, een park waar het Vondelpark niets bij is en waar je als je wilt een dag zou kunnen fietsen (wij hielden het bij 2 uur fietsen). De Empire State, Trump Tower, het financial district. Ik heb nog steeds last van mijn nek door het alsmaar omhoog kijken. Natuurlijk nog even de ballen van de stier in het financial district aangeraakt omdat die geluk zouden brengen. Dat willen we dus zeker niet missen. Je weet maar nooit waar het goed voor is. Een wandeling over Brooklyn Bridge met een koffie en een cupcake van Magnolia Bakery in ons hand. Een geweldig ontbijt in Balthazar. Voor de BNY-ers (Bekende New Yorkers) een must. En alsof het niet op kon een helikoptervlucht boven New York. Een geweldige ervaring met goed zicht op het Vrijheidsbeeld en alle andere bouwwerken die staan voor vrijheid en oppermacht. Maar dat was nog niet alles. Als klap op de vuurpijl werd ik door Lukas ten huwelijk gevraagd on Top of the Rock: bovenop de 69e verdieping van Rockefeller Center!! En ja, hij ging op z'n knieƫn! En natuurlijk kon ik geen nee zeggen tegen mijn liefje... Mijn weekend in New York was overweldigend en sparkling. Die kan in ieder geval afgevinkt worden op mijn lijst!

Ook stond er een fotoshoot op mijn bucket list. Sarah wist de fotografe van haar huwelijk te strikken voor een shoot bij mij thuis. Tijdens een high tea werd ik samen met vriendinnen al slurpend en snoepend op de gevoelige plaat vastgelegd. En dat is gelukt. Het is altijd maar weer afwachten of het charmante plaatjes zijn geworden. Aan de fotografe zal het in ieder geval niet gelegen hebben. Ook deze wens kan dus van de lijst.

Het is natuurlijk niet zo dat ik nu iedere dag met 'stichting doe een wens activiteiten' bezig ben. Mijn grootste wens is zo normaal mogelijk proberen invulling te kunnen geven aan het leven wat me nog rest. Daar word ik het meest gelukkig van. Dus ik probeer een paar uur te blijven werken. Ik laat nog steeds de hond uit en stofzuig ook gewoon het huis. Hoe lang ik dit normale leven kan leiden, dat weet niemand. Maar zo lang ik kan, hou ik vol.


De waarheid is hard

10 november 2010
Dat het leven niet altijd over rozen gaat, dat weet ik als geen ander. Iedereen heeft wel eens pech in z'n leven. Voor de een is pech een mislukte coupe bij de kapper of de deur uitstappen middenin een grote hondendrol. Voor de ander is het leed groter en wordt de persoon getroffen door ziekte en/of dood. Ik lijk meer op die laatste persoon. Alhoewel het eerste mij ook met enige regelmaat is overkomen. Eigenlijk kan ik wel zeggen dat ik gewoon een pechvogel ben. Soms denk ik wel eens 'was ik maar op zondag geboren, dan was ik een zondagskind en dan overkwam mij dit niet allemaal'. Kinderachtig natuurlijk, maar ja, als pechvogel wil je ook wel eens geluk hebben en met je neus in de boter vallen. Deze week is het weer raak en heb ik wederom moeten constateren dat ik met pech geboren ben. Afgelopen maandag kreeg ik het nieuws dat de kanker weer terug is. Weliswaar in celformaat en dus minuscuul, maar wel op meerdere plekken. Deze keer in mijn buikvlies. Hoewel ik het al wel gedacht had en de uitslag me dus eigenlijk niet verbaasde, kan ik het nog steeds niet geloven. Wel dat het zo is en dat de kanker terug is. Maar niet dat mijn toekomst en mijn leven nu definitief een andere wending gaan krijgen. In plaats van behandelingen die gericht zijn op genezing, krijg ik nu te maken met behandelingen die gericht zijn op verlenging van mijn leven. De zogenaamde palliatieve behandelingen in plaats van curatieve behandelingen. Ik had nooit gedacht dat het zo snel terug zou zijn en dat ik zo snel in dit traject terecht zou komen. Wederom ga ik de gifmolen in. Hoe dit er uit gaat zien, dat weet ik nog niet. Maar wat ik wel weet is dat ik weer de strijd moet aangaan. Net zoals vorig jaar. Met het beste arsenaal aan wapens om me heen. Artsen, geliefde, familie, vrienden en collega's. Hoe lang ik dit ga volhouden, dat is afwachten. En wat ik ga doen als de kuur niet aanslaat, dat weet ik niet. Wat ik wel weet, is dat deze ziekte op den duur mijn dood wordt. Ik ben dus ongeneeslijk ziek. En die waarheid is hard. Maar wellicht minder hard als je weet dat ik voorlopig niet opgeef en van iedere dag de mooiste dag ga maken. En daar heb ik iedereen hard bij nodig!